zaterdag 23 november 2024

Volksverhalen Almanak


Over de reus Gargantua


GargantuaGargantua was de grootste aller reuzen. Zo groot was hij, dat hij soms kalmpjes over 't Kanaal stond uit te kijken, met zijn ene voet op Engels grondgebied en de andere op het strand bij Saint-Malo. Hij stapte over een kerktoren als een gewoon mens over een molshoop, en maakte af en toe eens een achtdaags reisje rond de wereld.
Eens kwam hij toevallig te Dinan en voelde zich bij die gelegenheid zozeer aangetrokken tot het riviertje de Rance, dat zijn ontstaan had te danken aan de tranen, door zijn eigen zuster vergoten toen ze weduwe werd, dat hij besloot, hier te blijven wonen. Wel jammer dat hier nergens een rotshol te vinden was, waarin hij de nacht zou kunnen doorbrengen! Maar geen nood! Het was immers zomer en het slapen in de open lucht bleek zo'n goede invloed te hebben op zijn gezondheid, dat hij er zelfs over begon te denken, een vrouw te gaan zoeken. En hij vond er een, eer hij het zelf besefte!
Eens op een dag, toen hij, gezeten aan de oever van de Rance, vadsig een van zijn lange benen uitstrekte, wierp hij door die beweging een bootje onderstboven, waaruit een doordringend gegil opsteeg. Gargantua bukte zich om te onderzoeken waar dit vandaan kwam, en viste nu uit het water een schepseltje op, zo mooi en teer, als hij er nog nooit een had gezien. Het was de Waterfee uit het nabijgelegen meer, en Gargantua werd vanaf het eerste ogenblik, dat hij haar zag, op haar verliefd. Hoe jammer toch, dat ze zo klein was en zo teergevoelig! Want kijk, telkens als hij haar probeerde te vertellen hoe mooi hij haar vond, schrok ze zo van zijn geweldig stemgeluid, dat ze hard wegliep.
Toch kwam ze telkens weer terug om vanuit de verte een beetje met hem te koketteren, en toen dit spelletje nu zo ongeveer honderd jaren had geduurd, begon Gargantua er eindelijk genoeg van te krijgen en vroeg haar, of ze zijn vrouw wou worden, ja of nee? De fee wou wel met hem trouwen, al was hij dan ook nog zo groot, maar haar broeders verzetten zich met alle macht tegen dit ongelijke huwelijk en gaven pas hun toestemming, toen het jonge paar hun heilig had beloofd, nooit kinderen te zullen krijgen.
Voortaan kon men nu Gargantua elke dag zien wandelen, zijn jong vrouwtje meedragend op de top van zijn opgestoken wijsvinger, en ze waren een tijdlang heel gelukkig samen. Zonder twijfel zouden ze dit ook altijd gebleven zijn, indien de Boze zich er niet mee had bemoeid. Die was namelijk vertoornd op hen omdat ze vergeten hadden hem op hun bruiloft te noden, en om zich daarover te wreken, bracht hij hen op een avond een bezoek.
Kort daarna vertelde de fee onder tranen aan haar man, dat ze weldra moeder zou worden en, om zijn aan haar broeder gegeven woord niet te breken, besloot Gargantua het kind, dat ze ter wereld zou brengen, dadelijk na zijn geboorte op te slokken.
Het jonge vrouwtje echter had daar geen vrede mee. Ze sprak er over met haar oude voedster, die te Chansey woonde, en deze beloofde haar te zullen helpen. Zij zou zelf overkomen tegen de tijd, dat het kind geboren zou worden en zodra het er was, zou ze het door haar dochter naar de familie van de fee, diep onder het water van het meer, laten brengen, waar Gargantua niet kon komen. Hem zou ze dan, in plaats van zijn kind, een in luiers gewikkeld geitje te eten geven. Ze zou het heus zo aanleggen, dat hij er helemaal geen erg in had!
Zo gezegd, zo gedaan! Gargantua verslond het geitje, niet beter wetend of het was zijn eigen vlees en bloed, en de fee en haar voedster haalden elke keer, wanneer er weer een kind werd geboren, hetzelfde kunstje uit. En of ze Gargantua nu een geitje, een hondje, een ezeltje, een kalfje of een veulentje presenteerden, netjes in heldere luiers gepakt, hij wist niet beter, of hij verslond elke keer een van zijn eigen kinderen.
Maar juist op het ogenblik toen het zevende kind geboren werd, kwam hij toevallig eens kijken hoe zijn vrouw het maakte, en de voedster, die geen enkel jong dier bij de hand had om hem aan te bieden, wist geen raad! Maar gelukkig! Daar viel haar oog op een stuk van een rots, dat daar lag!
Dit wikkelde ze nu in schone linnen doeken, evenals vroeger de dieren, en gaf het aan de vader, die al met open mond stond te wachten om zijn zevende kind te verslinden. "Hap!" zei hij, maar o wee! Hij beet zo hard op de rotssteen, dat een van zijn tanden brak! Woedend op de voedster, wou hij haar een trap geven; maar ze had dit zien aankomen en was al lang verdwenen.
Toen spoog Gargantua de gebroken tand uit en liep op een draf naar Saint-Malo. Hij wou naar de zee! Drinken wou hij, drinken! Dat brok steen lag hem zo ellendig zwaar op de maag, dat hij geen raad wist.
Aan de zeekant gekomen, ging hij op de buik liggen en dronk met zulke grote teugen. Dat hij met het water de gehele Engelse vloot, die juist in 't Kanaal kruiste, opslokte, merkte hij niet eens, zo gulzig dronk hij!
Maar na een poosje kreeg hij een gevoel alsof zijn maag met ijzeren haken uit elkaar werd gescheurd. Toen ging hij naar Zuid-Frankrijk, waar zijn lijfarts woonde, en vroeg hem om een medicijn tegen de wonderlijke, doffe geluiden, die zich aldoor in zijn maag lieten vernemen. Ja, wat moest die dokter daarvan zeggen? Hij kon toch niet weten dat zijn patiënt de gehele Engelse vloot had ingeslikt? Hij keek heel geleerd en deed alsof hij diep, diep nadacht. Eindelijk zei hij: "Ja, beste Gargantua, ik zou je raden, een reis naar Indië te gaan maken. Misschien brengt dat je genezing."
Ondertussen begrepen de bestuurders van de door Gargantua ingeslikte schepen maar niet, in welk deel van de aardbol ze opeens waren aangeland. Eindelijk lieten de officieren alle lampen aansteken en schoten daarna hun kanonnen af, waardoor een massa matrozen werden gedood.
Maar gelukkig! In Indië leefde een wonderdokter en die begreep dadelijk, wat Gargantua scheelde. Hij gaf hem een geweldig braakmiddel in, en kijk! Daar spoog de reus de gehele vloot weer uit! Ach, ach, wat verkeerden die oorlogsschepen in een treurige toestand!
Maar Gargantua had zelf niet minder geleden onder 't geval! Hij kwam deze schok nooit meer te boven en stierf kort daarna. Zijn vrienden begroeven hem onder tranen, en plaatsten op zijn graf, bij wijze van graftombe, de Himalaya.
De waterfee was diep bedroefd over de dood van haar reus, en, nu ze op aarde niemand meer had om lief te hebben en te verzorgen, dook ze maar weer naar de bodem van het meer, waar ze met gejuich door haar familie en haar kinderen werd ontvangen. Men zegt, dat ze daar nog altijd leeft en dat het haar kinderen zijn, die zoveel mensen, dieren en schepen doen verongelukken, om ze diep onder water te verslinden. Ze hebben de honger van hun vader geërfd en zijn nooit, nooit te verzadigen.
*   *   *
Samenvatting
Een Franse sage over het huwelijk tussen een reus en een waterfee. De grootste reus allertijden wil graag trouwen met een kleine lieve waterfee. Het huwelijk kan alleen doorgang vinden als er geen kinderen van komen. Maar als de fee toch zwanger raakt, zegt de reus het kind te zullen opeten als het geboren wordt. Om dat te voorkomen, houdt de fee de reus voor de gek...
Trefwoorden
Basisinformatie
Thema
Populair
Verder lezen