De witte zwaan
Een Tsaar had een zoon, die iedere dag op jacht ging in de uitgestrekte bossen of langs het strand van de blauwe zee. Met pijl en boog schoot hij wilde ganzen, wilde eenden en wilde zwanen. Op een keer raakte hij een kleine witte zwaan aan de rechtervleugel. Het zwaantje viel in een weiland neer. De prins kwam aanlopen om het zwaantje te doden, maar toen hij zag hoe verdrietig het diertje hem aankeek, kon hij het niet over zijn hart verkrijgen. Uit medelijden nam hij het zwaantje mee naar zijn witte tent en daar zette hij haar in een hoekje op een laag stro.
De volgende morgen verliet hij vroeg de tent om te gaan jagen. Zodra hij weg was, kwam het zwaantje uit haar hoek en veranderde in een mooi meisje. Ze ruimde de tent op, kookte een flinke maaltijd, en dekte de tafel. Daarop veranderde ze weer in een zwaan en ze ging terug naar het hoekje met stro.
Toen de prins terugkeerde van de jacht, was hij stomverbaasd. Hoe was dat mogelijk? De witte tent was opgeruimd en er stond een maaltijd klaar! Wie kon dat gedaan hebben? Wie was in de tent geweest?
De volgende dag was de prins nauwelijks vertrokken of het zwaantje kwam uit haar hoekje en werd weer het mooie meisje van de vorige dag. Ze ruimde de tent op, kookte eten en dekte de tafel. Ook borduurde ze op een wit overhemd met zijden draden kleurige figuren en ze legde het overhemd klaar. Dan werd ze weer een zwaan in een hoekje op stro.
De prins kwam terug met zijn jachtbuit en toen hij zijn tent binnenkwam, viel zijn mond open van verbazing. Wie maakte alles toch zo netjes en waarom gebeurde dat zo heimelijk? De prins dacht: "Misschien is dit wel het werk van een meisje, van een mooi meisje. Maar waarom laat ze zich dan niet zien?"
De derde dag maakte de prins alles klaar om op jacht te gaan. Maar hij ging niet ver uit de buurt van zijn tent en verstopte zich achter een struik. Toen hij even zo gezeten had, hoorde hij dat er iemand in zijn tent was. Hij kwam te voorschijn en riep: "Wie is er in mijn tent aan het werk? Als je een oud moedertje bent, dan zal ik je zoon zijn. Als je nog een jong meisje bent, zal ik je broer zijn. Maar als je een mooi meisje bent, zal ik met je trouwen!"
Snel liep hij zijn tent in. Hij zag het mooie meisje en nam haar hand in de zijne. Zij trok vlug haar hand terug en veranderde in een gouden weefspoel -ze was een veranderlijk meisje! De prins raapte de weefspoel van de grond en brak hem in twee stukken. Het ene stuk gooide hij voor zich, het andere gooide hij achter zich. Daarbij riep hij: "Voor me wil ik het mooie meisje zien en achter me een scharlaken bloem!"
Daar stond het mooie meisje weer voor hem en achter hem stond een prachtige scharlaken bloem. De prins vond de bloem niet zo mooi als het meisje. Hij vroeg of ze zijn vrouw wilde worden. Ja! Ze wilde het. Dus bleef ze bij hem in de tent wonen en ze deelden alles met elkaar. Na een klein jaar kregen ze een kindje, een jongetje met blond haar en blozende wangen.
Het voorjaar daarop kwam een oude vrouw naar de witte tent. "Prins Iwan, ik moet je waarschuwen," zei ze. "Het wordt straks voorjaar. Let goed op je vrouw of het zal je nog vreemd vergaan, ze zal je willen ontvluchten om weer te leven als een zwaan!"
Niet lang daarna vloog op een morgen een lange rij zwanen over de witte tent. Een oude zwaan, die al heel wat jaartjes meevloog, zag het mooie meisje staan en riep:
Dochter, dochter wil je dat ikDe zwanendochter riep terug:
een veertje uit mijn vleugel pik
en neer laat komen voor je voeten,
zodat je met ons mee zal moeten
naar de landen overzee?
Dochter, dochter vlieg met ons mee!
Grootvader, jij moet verder gaanDe zwanen vlogen verder. Een tweede rij zwanen trok over de witte tent en een witte vrouwtjeszwaan riep omlaag:
en mij hier maar laten staan;
naar de landen overzee
vlieg ik niet met jullie mee,
want ik heb hier man en kind!
Grootvader, grootvader, vlieg met de wind!
Zusje, lief zusje daar beneeMaar bij de witte tent klonk het antwoord:
vlieg toch met ons over de zee
naar de verre landen
en de warme stranden!
Zusje, lief zusje daar benee
kom toch met ons mee!
Zusje, jij moet verder gaanKort daarop kwam voor de derde keer een rij zwanen over de witte tent gevlogen. Een oude vrouwtjeszwaan riep omlaag:
maar ik kan hier niet vandaan,
want ik heb hier man en kind!
Zusje, zusje, vlieg met de wind!
Dochter, dochter wil je dat ikToen riep de vrouw van de prins met haar heldere stem:
een veertje uit mijn vleugel pik
en neer laat komen voor je voeten
zodat je met ons mee zal moeten
naar de landen overzee?
Meisje, meisje, vlieg met ons mee!
Moedertje lief, ik vlieg met je meeDaar kwam het veertje al omlaag dwarrelen. De vrouw van de prins plukte het uit de lucht. Tegelijkertijd kwam de prins aanrennen en hij ving nog net zijn vrouw voor ze de lucht inging. Ze verzette zich heftig en probeerde zich los te rukken. De prins was echter de sterkste van de twee en hij hield haar stevig vast. Zo vloog ook deze derde rij zwanen voorbij.
naar de landen overzee
met al je dochters en je zonen
wil ik altijd bij je wonen,
dus gooi een veertje naar benee!
Moedertje lief, ik wil met je mee!
De vrouw van de prins huilde bittere tranen en ze zei: "Als je me niet had vastgehouden, was ik niet bij je gebleven, dan was ik meegegaan naar de landen waar de zwanen gelukkig leven! Nu denk ik dat ik daar nooit meer heen zal gaan!" De prins antwoordde haar:
Wees niet bedroefd, mijn lieve kleine zwaan!Toen was de vrouw van de prins blij dat ze bij haar man en haar zoontje was gebleven en ze verheugde zich op hun verdere leven.
Wees blij dat we hier samen staan
en als mensen met elkaar kunnen praten,
en dat je je zoontje niet alleen hebt gelaten!
Wees niet bedroefd, mijn kleine zwaan
dat ik je niet heb laten gaan!
* * *
Samenvatting
Een Russisch sprookje over een zwanenmeisje. Een prins beschiet een kleine zwaan, maar krijgt medelijden met het dier en hij brengt het naar zijn tent.
De jongeman komt erachter dat de zwaan een meisje is en hij trouwt met haar. Hij moet alleen in het voorjaar op zijn vrouw passen, dat ze niet wegvliegt met haar zwanenfamilie.
Trefwoorden
Basisinformatie
- Herkomst: Rusland
- Verhaalsoort: volkssprookje
- Leeftijd: vanaf 7 jaar
- Verteltijd: ca. 7 minuten
Thema
Populair
Verder lezen