De straf van de eenogige
Een herberg - even buiten het dorpje Huyssem (Huizen) - stond in een goede reuk. De langstrekkende vreemdelingen vonden er een prettig verblijf en de oudere dorpelingen kwamen er graag praten en drinken. Altijd waren er gasten. Zo werd de waard weldra een rijk man. Jammer, want naar mate zijn welvaart toenam, groeide zijn zelfzucht en liefdeloosheid. Steeds wilde hij méér bezitten. En tenslotte konden alleen zij die hun geld lieten rollen bij hem terecht.
Toen zijn moeder gestorven was, kwam de oude vader bij hem inwonen. De hulpbehoevende grijsaard kreeg een klein kamertje toegewezen, een akelig hokje, zonder enige warmte en huiselijkheid. Hij mocht aan tafel mee aanzitten, maar moest wachten tot zijn norse zoon en diens vrouw, de meiden en de knechten hun deel genomen hadden. Wat er dan overschoot, was voor hem.
Toen hij op een winterse avond voor de ogen van de gasten in de herberg door zijn wrede zoon werd weggestuurd en beschaamd over de heide dwaalde, kwamen twee ruiters aandraven. Rondom hen was een vreemde flikkering van licht. Hun vurige paarden schenen wel te vliegen. De ene had slechts één oog, dat straalde als de zon. De andere droeg een donkerrode baard.
Gezamenlijk gingen ze de herberg binnen, waar de zoon geconfronteerd werd met zijn daden. Die nacht stierven de wrede zoon en zijn harteloze vrouw en kort daarna brandde de herberg volledig af.
De bewoners van Huyssem zouden sindsdien nooit meer déze opdracht vergeten: "Eert uw ouders." Ook als zij arm en eenvoudig zijn en gijzelve tot rijkdom en voornaamheid opwast!
* * *
Samenvatting
Een sage uit Huizen over het eren van vader en moeder.
Trefwoorden
Basisinformatie
- Herkomst: Noord-Holland, Nederland
- Verhaalsoort: sage, moraalsprookje
- Leeftijd: vanaf 9 jaar
- Verteltijd: ca. 2 minuten
Populair
Verder lezen