donderdag 21 november 2024

Volksverhalen Almanak


De rots en de specht


Heel lang geleden lag ons dorp niet aan de rivier maar bij een grote rots. Onze voorouders hoorden water stromen, maar ze zagen het niet en ze konden het dus ook niet gebruiken. Ze konden er niet van drinken, ze konden er niet in wassen en ze konden er ook niet over varen. Waar was dat water? Het moest onder die rots liggen!
Wat ze niet allemaal hebben geprobeerd om die rots te breken... Alle mensen en dieren van het dorp hebben op die steenmassa geslagen, alle dieren van het bos zijn erbij gekomen en tenslotte hebben ze zelfs de vogels erbij geroepen, maar niemand slaagde erin die rots kapot te maken.
De laatste die zìjn hulp kwam aanbieden, was de Specht. "Gramnan, mag ik het eens proberen?" vroeg hij aan de man, die lang geleden aan het hoofd van ons dorp stond. Ha! Daar moesten de andere vogels om lachen. Wat verbeeldde die Specht zich wel! "Hoe zou jij die rots kunnen splijten als we het allemaal al hebben geprobeerd?" gilde Havik. Maar Granman zei: "Het is goed, probeer maar, Specht." Specht liep naar de rots en ratelde met zijn snavel op de steen: Kokoko! Daarna liep hij een eindje verder en deed hetzelfde:
"Ko a domdomdom
Ko a domdomdom
Ma a moon fa a tjekede e
Ko a domdomdom
Buka na mi panjan
Na mi a tote e!"
"Klopklopklop
Rots, doe eens open
Ik ben het, de specht
Ik blijf kloppen
Met mijn snavel
Klopklopklop
Tot je opendoet!"Opeens gebeurde het: er brak een stukje van de rots af! Het rolde weg! Specht keek niet op of om, hij tikte en pikte maar door:
"Ko a domdomdom
Ko a domdomdom
Kom dan, rots
Doe open
Laat mij erdoor."
Weer brak een stuk rots af. Oho, zelfs Granman kon zijn ogen niet geloven. Hamer-hamer-hamer... De Specht wist niet van ophouden. Nu eens hamerde hij hier, dan weer daar. "Moet je niet even uitrusten?" vroeg Granman. "Dat is goed," zei Specht. "Je bent geweldig," riepen alle vogels, want Specht was tenslotte een van hen. Zelfs Havik was trots op hem!
"Ach, dat is toch niets biizonders," kwam Anansi de Spin erbij, "zal ik even doorgaan!" - "Dat zou je wel willen. We hebben het allemaal al geprobeerd, nu moet Specht het karwei afmaken," floten de vogels hem uit. De Specht begon weer te tikken en te pikken, te kloppen en te slaan: Hamer-hamer-harner... maar de rots brokkelde niet verder af. "Eh-eh, hum-hum," kuchte iedereen, "dat is me nu ook wat."
"Ik ga gewoon door, Granman," zei Specht, "al duurt het de hele dag, al wordt het donker, ik stop niet voordat ik een opening in die rots heb gemaakt." - "Nou ja, we zien wel," zei Granman. Specht begon opnieuw:
"Klopklopklop
Ik hou niet op
Rots, laat mij erdoor
Ik ben de specht, hoor."
Ha, de aanhouder had gewonnen: daar brak weer een stuk rots af! Specht gooide het weg en bleef doorhameren. Nu ging het steeds beter en eindelijk zei de rots: Boeloemmm, krrrak... Er ontstond een spleet waardoor iedereen het water in de diepte kon zien stromen: Gililili.
Een heleboel mensen wilden hun hand door de spleet steken orn het water te voelen, maar Granman zei: "Wacht! Als je je hand door die nauwe spleet steekt en je krijgt hem er niet meer uit, ga je dood." De Specht ging weer op een andere plek aan het werk. Zo klopte, hamerde, tikte en pikte hij de gehele dag, nu eens links, dan weer rechts, dan voor- dan achterwaarts, dan hoog, dan laag tot... de gehele rots met groot geraas instortte. Daar was het water, daar was de rivier! Aiii, zoiets had niemand ooit gezien.
Nu weet je waarom overal in de rivier rotsen liggen. Dat zijn de delen van de grote rots die lang geleden de gehele rivier bedekte. "Wat moet ik doen om je te bedanken?" vroeg Granman aan Specht. "Ik zou het niet weten," zei Specht. Toen nam Granman zijn rode halsdoek en knoopte die om de kop van de Specht. Daar was Specht zo blij mee dat hij naar een boom vloog en met zijn rode kop doorging met hameren en tikken... tot en met vandaag. Hij kan niet meer stoppen.
*   *   *
Samenvatting
Een legende uit Suriname. De dorpsbewoners horen onder de rotsen water stromen, maar kunnen er niet bij. Een specht is als enige vogel in staat de keiharde rots open te bikken en de rivier te laten stromen.
Toelichting
Dit Saramakaanse verhaal over de specht werd geïntroduceerd in taalboeken (1e druk 1977) van het Instituut voor Taalwetenschap te Paramaribo (het Amerikaanse Summer Institute of Linguistics). Tiini Amoida, een Saramakaanse, heeft het verteld.
In de stad hoor je nog wel eens iemand op de deur kloppen en daarbij 'kokoko' en/of 'klopklopklop' roepen, zoals de specht dat doet met 'Ko a domdomdom'. In het verhaal zijn meer klanknabootsende woorden.
Trefwoorden
Basisinformatie
Thema
Populair
Verder lezen