De heksen van de Fondamente Nuovo
Een jonge visser, die zijn aanlegplaats had aan de Fondamento Nuovo, deed op een dag een vreemde ontdekking. Het touw waarmee hij elke avond zijn boot vastlegde, was soms 's morgens op een andere manier vastgeknoopt dan hij zelf placht te doen. Hij besloot de zaak uit te zoeken en daarom verstopte hij zich bij het vallen van de duisternis in de achtersteven van zijn eigen boot.
Klokslag middernacht naderde er een groepje vrouwen. De aanvoerster van hen sprong in de boot en riep de anderen bij zich met de woorden: "Eerste zuster, kom bij mij, tweede zus, vlug erbij. Derde zus, de beurt is aan jou, vierde zus, stap in, en gauw."
Zo ging het verder, tot ze ten slotte alle zeven aan boord waren.
De vrouwen hesen het zeil, maar er was geen zuchtje wind. De oudste vrouw telde de leden van de groep opnieuw en kwam tot zeven. "Er is vanavond iemand extra in de boot," zei ze. De visser in zijn schuilplaats voelde zijn adem stokken, want hij vreesde dat hij nu zou worden ontdekt. De aanvoerster vervolgde echter: "Een van ons zal wel zwanger zijn." De zeven vrouwen strekten hun handen uit en riepen met opgetogen stemmen:
Alleen in die bewuste nachten, wanneer zijn vrouw als een dode naast hem lag, werd de visser overvallen door somberheid en verdriet. In zijn wanhoop wendde hij zich tot een vertrouwde vriend, die pastoor was in de stadswijk waar ze woonden.
"Wees welkom heksenkind, kom en breng ons nu de wind."
Nauwelijks hadden ze deze woorden uitgesproken, of er stak een stevige bries op, die de boot snel naar de open zee voerde. De visser had geen flauw idee waarheen de reis ging. Hij merkte alleen dat het schip pijlsnel over de golven gleed.
Na enige tijd liep de boot op vaste grond. De vrouwen stapten uit en verdwenen. Pas toen kroop de visser uit zijn schuilplaats tevoorschijn.
Alles was in diepe duisternis gehuld, maar er had zich een wonderbaarlijke verandering voltrokken. Er waaide een zachte, zoele wind en de lucht was vervuld van heerlijke geuren. De visser liep wat rond aan land. Hij brak een tak met vreemdsoortige vruchten af van een imposante boom en verstopte deze in de boot.
Een poosje later keerden de heksen in uitgelaten stemming terug. Terwijl ze nog grapjes met elkaar stonden te maken, glipte de visser weer in de achtersteven en toen ging het in vliegende vaart huiswaarts. De boot legde weer aan bij de Fondamento Nuovo en de vrouwen stapten uit.
Nu kon de visser in alle rust de meegebrachte tak bestuderen.
"Dadels," mompelde hij. "Het is een tak van een dadelpalm. We zijn in Egypte geweest."
Al snel kwam hij erachter dat de heksen elke woensdag- en vrijdagnacht uitvoeren. De visser maakte op dezelfde manier nog menige geheimzinnige reis mee, vooral toen hij hevig verliefd was geworden op de jongste van de groep.
Hij volgde haar stilletjes door de stad, zocht uit waar ze woonde en deed zijn uiterste best met haar in contact te komen. Ten slotte lukte het hem haar op klaarlichte dag te ontmoeten. Het meisje kreeg vertrouwen in hem en uiteindelijk trouwden ze.
Het jonge paar leefde gelukkig. De vrouw was vriendelijk en ijverig en de netten van de visser werden elke dag voller, zodat hij een goed inkomen verdiende.
"Ik weet dat mijn vrouw een heks is," verklaarde hij, "maar ik houd van haar en ik wil alles doen om haar te helpen."
"Daar is slechts één middel voor," antwoordde de pastoor. "Je moet haar boze heksengeest vernietigen."
"Maar hoe?"
"Kom na de mis op vrijdag bij me in de sacristie. Dan zal ik je vertellen wat je moet doen."
Nog diezelfde vrijdagnacht wachtte de visser tot zijn vrouw star en levenloos in bed lag. Uit haar geopende mond kroop een dikke, zwarte vlieg tevoorschijn, die door het raam wegvloog. Vervolgens raakte de man de mond, de neus en de oren van zijn roerloze vrouw aan met een gewijde kaars. Toen nu de vlieg tegen de ochtend terugkwam om het lichaam weer in bezit te nemen, bleek dat onmogelijk te zijn. De visser sloeg het beest dood en daarmee was de boze heksengeest vernietigd. De volgende ochtend ging het paar naar de kerk, waar ze door de priester met wijwater werden gezegend.
Op deze manier slaagde de dappere visser erin zijn vrouw te bevrijden van de duistere vloek. In het vervolg noemde hij haar altijd Maria, omdat men zegt dat degenen die deze naam dragen, beschermd zijn tegen alle verleidingen van het kwade.
* * *
Samenvatting
Een Venetiaans heksenverhaal over een visser en zijn vrouw. Een Venetiaans visser ontdekt dat zijn boot 's nacht door heksen wordt gebruikt. Hij wordt verliefd op één van hen en probeert haar met behulp van de pastoor te verlossen van de duistere vloek.
Toelichting
Vergelijk dit verhaal met Het vuur van Doevere voor!, De Hindelooper Kaaig en het Franse De zeven heksen.
Trefwoorden
Basisinformatie
- Herkomst: Italië
- Verhaalsoort: sprookje, heksenverhaal, volkssprookje, volksverhaal
- Religie: christendom
- Leeftijd: vanaf 10 jaar
- Verteltijd: ca. 5 minuten
Thema
Bron
"Venetiaanse sprookjes" verzameld door Herbert Boltz. Uitgeverij Elmar, Rijswijk, 2004. ISBN: 90-389-0855-5
Populair
Verder lezen