dinsdag 3 december 2024

Volksverhalen Almanak


De boerderij en de koe


Een professor in de filosofie wandelde met een leerling door het woud, en ondertussen filosofeerden ze over het belang van onverwachte ontmoetingen en gebeurtenissen.
Volgens de professor biedt alles wat we tegenkomen ons de kans om zelf iets te leren en anderen iets te leren. Juist op dat ogenblik passeerden ze een boerderij die, hoewel uitermate goed gelegen, er bijzonder armetierig uitzag.
"Kijk met toch eens aan, zo'n schitterende plek," merkte de leerling op. "U hebt gelijk: ik leer hieruit dat tal van mensen zich in het paradijs bevinden, dat niet beseffen en maar verder leven in miserabele omstandigheden."
"Ik had het ook over anderen iets leren," was het weerwoord van de professor. "En met alleen maar het vaststellen van feiten zijn we er niet: we moeten onderzoeken welke oorzaken eraan ten grondslag liggen, dan pas kunnen we de wereld begrijpen."
Ze klopten aan en werden ontvangen door de bewoners: een echtpaar en drie kinderen in kapotte en vuile kleren. "Jullie wonen midden in de wildernis, er is geen winkel of wat dan ook in de buurt, " zei de professor, "hoe houden jullie toch het hoofd boven water?"
"Ach mijnheer," antwoordde de boer heel kalm, "we hebben een koetje dat ons verscheidene liters melk per dag levert. Een deel ervan verkopen we of ruilen we voor andere etenswaar in de stad een eind verderop; van de rest maken we kaas, kwark en boter voor eigen gebruik. En zo houden we het hoofd boven water."
De filosoof bedankte de man voor de inlichtingen, keek nog wat rond en ging weg. Toen ze maar nauwelijks uit het zicht van de boerderij waren, zie de filosoof tegen zijn leerling: "Haal die koe bij ze weg, en duw het beest ginds de afgrond in." De jongen was verbijsterd, maar deed wat hem gezegd was. De koe overleefde de val niet.
De leerling kon het voorval niet vergeten. Vele jaren later besloot hij terug te keren naar de plek in het woud, de familie alles op te biechten, vergiffenis te vragen en ze financieel te helpen. Hoe groot was zijn verbazing toen hij op de plaats van het armetierige stulpje een prachtige boerderij zag staan, met bloeiende bomen, een auto in de garage en een tuin waar kinderen in speelden. Hij voelde zich wanhopig worden, het nederige gezinnetje had, om niet te sterven van honger, de boerderij natuurlijk moeten verkopen. Haastig ging hij het erf van de boerderij op en trof een heel sympathieke bedrijfsleider. "Waar is de familie die hier tien jaar geleden woonde?" vroeg hij.
"Ze zijn nog steeds eigenaar van de boerderij, zie je dat landhuis ginds, daar wonen ze nu," was het antwoord. In opperste verbazing liep de leerling naar het huis van de eigenaar. Hij vertelde wie hij was en vroeg de boer hoe het hem gelukt was om het tot zo'n grote welstand te brengen.
"Nou, zoals je weet hadden we een koe, maar die is kort na jullie bezoek in de afgrond gevallen en heeft dat niet overleefd," zei de man. "Toen moest ik om mijn gezin te onderhouden kruiden en groenten aanplanten. Omdat die niet meteen geoogst konden worden begon ik hout te kappen om te verkopen. Om de bomen te vervangen moest ik jonge loten kopen. Toen ik die ging kopen, dacht ik aan de kleren van mijn vrouw en kinderen en ik bedacht dat ik misschien katoen kon verbouwen. We hadden een zwaar jaar, maar vervolgens een enorme oogst, en we vonden afzet voor de groenten, het katoen en de kruiden. Voor die tijd had ik me nooit gerealiseerd wat voor mogelijkheden deze plek me bood; maar goed dat het koetje gestorven is!"
*   *   *
Samenvatting
Een verhaal over een filosoof en zijn leerling.
Trefwoorden
Basisinformatie
Populair
Verder lezen