Bernadette
Er was eens een man die heette Hans, en zijn dochter heette Bernadette en ze woonde bij zijn moeder en die heette Johanna. Bernadette was een heel flink meisje, bijna zo sterk als een man. Toen gaf haar vader haar een geweer dat zij laadde en ontlaadde, ze reed in de wei, ving een wild en weerspannig paard en temde het. De vader zette zich in zijn hoofd dat hij met zijn dochter wilde trouwen, maar die zei dat dat niet kon. Toen ging de vader weg en zij bleef bij haar grootmoeder en diens personeel. Ze waren rijk en beslist niet arm. Dus haar vader was weg en hij bleef ongeveer vijf jaar ver van huis en zij leefde bij haar grootmoeder.
Na iets meer dan vijf jaar kwam de vader terug, en na zijn terugkeer begon hij een winkel in de buurt van het landgoed. Het meisje hoorde van de nieuwe winkel en zei tegen haar grootmoeder: 'Ze zeggen dat er een nieuwe winkel is gekomen en dat daar alles goedkoper is; laat ons eens kijken of dat klopt.'
Op een dag ging ze er met haar grootmoeder heen om te zien of het voordelig was er iets te kopen. En ze kwamen al bij de winkel aan. Hij herkende zijn dochter, maar zij hem niet. Al gauw werd het haar gewoonte naar hem toe te gaan en allerlei dingen te kopen. En omdat de man vaak met haar praatte en haar de goederen eerder schonk dan verkocht, zei ze al gauw tegen haar grootmoeder dat hij haar als vrouw wilde.
'Kindje, dat kunnen jullie zelf het beste weten' zei de grootmoeder.
'Kindje, dat kunnen jullie zelf het beste weten' zei de grootmoeder.
Ze troffen voorbereidingen voor de bruiloft en deden alles wat nodig was. Hij schonk haar alles, ze hoefde niets te kopen. En hij drong op het huwelijk aan. Toen alles klaar was liet hij weten dat het op die en die dag zo ver was. Zodra hij kwam gingen ze op weg om het huwelijk te laten inzegenen. Toen de trouwplechtigheid begon herinnerde ze zich dat haar vader een litteken aan zijn arm had en ze zei tegen de priester:
Ik zou u willen vragen hem te willen verzoeken zijn handen te wassen.'
Ik zou u willen vragen hem te willen verzoeken zijn handen te wassen.'
In haar hart was de verdenking gegroeid dat de bruidegom haar vader was. Er werd water binnengebracht, hij stroopte zijn mouwen op, ze zag het litteken en zei: 'Dit is mijn vader.'
Dat was het einde van de bruiloft. Hij ging naar huis en zij ook. Thuisgekomen vertelde ze haar grootmoeder dat het haar vader was geweest.
'O, wat een boef! Die is alleen weggegaan opdat men hem later niet zou herkennen.'
'Maar nu, grootmama, zal ik weggaan.'
'Maar nu, grootmama, zal ik weggaan.'
Ze liet een paard uit de wei halen, knipte haar haar af en kocht mannenkleren. Ze nam heel veel geld mee om er voor te zorgen dat hij haar nooit meer zou zien en noemde zich Bernard. Van alles voorzien reed zij de wijde wereld in en zocht werk. Toen Bernard ver, heel ver was gereden kwam hij bij het huis van een oud vrouwtje. Toen hij aankwam zei hij: 'Goedenavond grootmoedertje.'
'Goedenavond heer, stapt u af, jonge heer.'
'Geeft u mij onderdak?'
'Al ben ik arm, ik kan u toch uitnodigen.'
'Hebt u hier ook eieren en kippen?'
'Ja,' zei het oude vrouwtje, 'en laat uw paardje achter het huis grazen.'
En hij bleef daar die nacht. Later kwamen zij in gesprek, en het oudje vertelde hem dat er in de buurt een kasteel was, en de koning zocht een dienaar.
'Grootmoedertje, u kunt voor mij gaan vragen.'
De volgende dag na het ontbijt ging zij naar de koning. Die zei haar dat het hem aangenaam zou zijn en dat ze maar tegen de jongen moest zeggen naar hem toe te komen. De jongeman ging naar de koning. Toen hij daar bij hem aankwam zei de koning dat hij hem in dienst wilde nemen om voor zijn zoons, hij had er drie, te zorgen.
En Bernard bleef daar lange tijd. Hij scheen een jongeman en als zodanig hielden ze van hem. Hoe had de prinses kunnen voorkomen dat zij verliefd op hem werd! Ook de koning was er vast van overtuigd dat hij een man was. Zodra de koning vernam dat de prinses met Bernard wilde trouwen begon hij hem op de proef te stellen, want men zei over hem dat hij een vrouw was. Hij zei tegen zijn zoons dat ze hem moesten uitdagen om te wateren. En op hoeveel andere manieren stelden ze hem nog op de proef!
Bernard trouwde met de prinses. De koning hield veel van hem. Maar de dienaressen hielden vol dat hij een vrouw was. Maar ze een neger in dienst, en die kroop onder het bed om af te luisteren wat de prinses met Bernard besprak. Toen vroeg het meisje aan Bernard waarom hij haar niet liefkoosde. En hij zei tegen haar dat hij een vrouw was, en de prinses antwoordde dat zij altijd van hem zou blijven houden. Maar de neger hoorde dat allemaal en bazuinde het uit: 'Die domme koning heeft twee vrouwen met elkaar laten trouwen!'
En ze hadden hem nog wel zo op de proef gesteld! De zoons waren al jongelingen geworden. Nu zei de koning, dat hij Bernard zou onthoofden als hij een vrouw was, maar als hij een man was, de neger. Hij zei tegen zijn zoons: 'Morgen gaan jullie in een meer baden.'
De volgende dag reden ze er op uit, de drie zoons en Bernard die betrapt moest worden. Hij zei bij zichzelf: 'Ditmaal zal ik sterven.'
En ze kwamen bij het meer. De jongens stegen af om te gaan baden. Toen kwam er iets dat niet erg herkenbaar was, en dat volgde Bernard en toen hij in een bocht van de weg tussen twee rotsen reed hield het bundeltje hem aan en sprak tegen hem. Het was de Moeder Gods. En Bernadette knielde neer en de Moeder Gods veranderde haar in een man. En hij klom op zijn paard, reed naar zijn zwagers, deed zijn broek uit en nam een bad, en toen zagen ze dat hij een man was.
Na het bad stegen ze weer op, reden naar de koning en zeiden dat Bernard een man was. En men maakte al aanstalten om de neger te onthoofden toen Bernard zei: 'Onthoofd die neger niet want hij heeft de waarheid verteld.'
Toen was iedereen tevreden. En de koning leefde met Bernard en zijn dochter samen. En daar zullen ze nog wel in leven zijn.
* * *
Samenvatting
Een volkssprookje uit Chili. Bernadette is een meisje en haar vader wil met haar trouwen. Bernadette wil dit niet en de vader verzint een list om alsnog met haar te kunnen trouwen maar vlak voor de bruiloft doorziet Bernadette de list van haar vader. Daarna trekt ze de wereld in en doet zich voor als man. Een prinses wordt verliefd op haar en daar trouwt ze mee. De koning krijgt er lucht van dat ze misschien een vrouw is en laat zijn zoons dit onderzoeken. Dan komt Bernadette, die zich inmiddels Bernhard heeft genoemd, moeder Gods tegen. Die veranderd haar in een man en iedereen leeft nog lang en gelukkig.
Trefwoorden
Basisinformatie
- Herkomst: Chili
- Verhaalsoort: volkssprookje
- Leeftijd: vanaf 12 jaar
- Verteltijd: ca. 8 minuten
Thema
Populair
Verder lezen