Ajoga, het meisje dat een gans werd
In het hoge Noorden woonden een boer en een boerin die een dochtertje hadden dat zo mooi was als een prinsesje. Het meisje heette Ajoga. Iedereen die haar zag, zei steeds weer: "Wat is Ajoga mooi!" Van al dat gepraat werd het meisje ijdel. Ze was niet weg te slaan bij de spiegel. Werken wilde ze niet meer. "Want van werken," dacht ze, "word ik minder mooi." Iedereen die dat merkte, zei nu: "Wat is Ajoga lui! Ze laat haar vader en haar moeder de hele dag werken, zonder ze ergens bij te helpen."
Op een keer zei Ajoga's moeder: "Haal voor mij eens een emmer water."
Ajoga deed het niet. Ze zei: "Ik kan geen water halen, lieve moeder. Ik zou in de rivier kunnen vallen."
"Dat zal niet gebeuren als je je goed vasthoudt aan een struik!"
"De takken van de struik kunnen breken, lieve moeder."
"Niet als je sterke takken uitzoekt."
"Sterke takken zijn voor mijn handje te ruw, lieve moeder."
"Trek dan handschoenen aan."
"Handschoenen kunnen scheuren, lieve moeder!"
"Als ze versleten zijn kan dat wel. Maar dan moet je ze eerst verstellen met naald en draad."
"De naald kan breken, lieve moeder."
"Neem dan een extra stevige naald, zeurkous!" zei de vader, die er genoeg van kreeg dit allemaal aan te moeten horen.
Ajoga was echter onverstoorbaar. "Met een extra stevige naald zou ik mij extra stevig kunnen prikken."
"Dan neem je een extra stevige vingerhoed."
"Maar die staat mijn vingertje niet zo goed!"
Zo zou er nooit een einde aan dit gesprek gekomen zijn als niet een buurmeisje, dat toevallig voorbij kwam, had aangeboden in plaats van Ajoga naar de rivier te gaan en een emmer water te halen.
De moeder van Ajoga maakte met het water en wat deeg beslag om koeken te bakken op de gloeiende stenen die als oven dienst deden. Toen Ajoga zag dat de koeken klaar waren, zei ze tegen haar moeder: "Mag ik een koek, lieve moeder?"
De moeder van Ajoga vond niet dat haar dochter een koek had verdiend en daar begon het heen en weer praten weer van voren af aan. "De koek is heet, kindje, je zult je handen branden."
"Dan doe ik handschoenen aan."
"De handschoenen zijn nog nat van de was, kindje."
"Dan droog ik ze op de oven."
"Daar krimpen ze van, kindje."
"Dan rek ik ze weer uit."
"Dan zul je je vingers bezeren, kindje!"
In plaats van Ajoga kreeg het buurmeisje dat water had gehaald een koek.
Toen Ajoga dat zag werd ze jaloers en liep boos het huis uit. Ze liep naar de rivier om troost te zoeken bij haar spiegelbeeld. Het vlijtige meisje smulde intussen vlijtig. Ajoga hoorde haar kauwen en rekte haar hals om het kauwende meisje te zien. De nek van Ajoga werd langer en langer.
Het vlijtige meisje gooide een stukje van haar koek naar Ajoga, die zo reikhalzend achterom keek. Dat maakte Ajoga nog nijdiger. Ze spuwde naar het vlijtige meisje. Ze balde haar vuisten en sloeg met haar armen wild door de lucht... en ineens veranderden haar armen in vleugels.
"Ga-ga-ga weg!" krijste Ajoga. In haar drift keek ze niet waar ze liep. Ze tuimelde in de rivier, de gans, want dat was ze nu geworden, een gans!
Ze zwom langs de oevers en riep: "Ga-ga-ga wat ben ik mooi! Wie komt mij ga-ga-gadeslaan?"
Ze zwom heen en weer en ze zwom zolang tot ze alle woorden die ze als kindje van haar moeder had geleerd, vergeten was. Alleen haar eigen naam vergat ze niet. De gans wilde iedereen laten horen dat ze in het water was gevallen en dat ze eigenlijk de mooie Ajoga was.
Tot op de dag van vandaag kun je een zwemmende gans horen roepen: "Ajo-ga-ga-ga... Ajo-ga-ga-ga!"
* * *
Samenvatting
Een volksverhaal uit Rusland over een ijdel meisje. Een boerenechtpaar heeft een mooi dochtertje, Ajoga, maar ze is ijdel en wil om deze reden niet werken. Het meisje wordt op een passende wijze gestraft voor haar ijdelheid.
Trefwoorden
Basisinformatie
- Herkomst: Rusland
- Verhaalsoort: volksverhaal, sprookje, moeder aarde sprookje, volkssprookje
- Leeftijd: vanaf 8 jaar
- Verteltijd: ca. 4 minuten
Thema
Populair
Verder lezen